Programmabegroting en Sociaal Domein
Na de raadsvergadering van 4 november zijn in de media verschillende berichten verschenen over de programma begroting van de gemeente. Daaruit zou de geïnteresseerde lezer kunnen opmaken dat het sociaal domein een zware wissel op de financiën trekt en dit binnen de gemeente verbeterd moet worden.
Sociaal domein
Even terug in de tijd. Vanwege de toenemende kosten in het sociaal domein heeft de toenmalige regering (Rutte II; PvdA en VVD) besloten dat gemeenten vanaf 2015 op decentraal niveau uitvoering gaan geven aan de jeugdzorg, WMO en participatie. De decentralisatie ging gepaard met een korting op het totale budget van ongeveer 25%. Deze korting werd verdedigd met als reden dat gemeenten dichterbij de zorgvraag staan en daardoor beter maatwerk zouden kunnen leveren voor minder kosten. Voor de gemeenten bleek dit lastig uitvoerbaar en de korting werd veelal uit eigen zak bijgepast. Ook Zeewolde heeft dit moeten doen. Eerst met een positief saldo uit de jaarrekening, de ‘zachte landing’, en daarna door een bestemmingsreserve hiervoor aan te leggen.
De gemeenteraad en het college van Zeewolde zijn het erover eens dat zorg moest worden verleend, maar ook dat er organisatorische verbetering doorgevoerd moesten worden en er meer grip moest komen op de uitgaven en inkomsten.
Dit lijkt grotendeels gelukt. Er blijven echter zorgen bestaan bij de jeugdzorg, veroorzaakt door aan de ene kant onvoldoende financiële ondersteuning door de rijksoverheid en aan de andere kant door de ‘open-einde-regeling’ binnen domein jeugdzorg. Ter verduidelijking; als iemand gebruik maakt van de jeugdzorg is het vooraf moeilijk te beoordelen wanneer de zorg gestopt kan worden of niet meer noodzakelijk is. Je kunt dus niet op voorhand een budgetplafond voor deze zorgkosten bepalen. Daardoor is het moeilijk om dit te budgetteren en is het alleen achteraf vast te stellen.
Vorig jaar hadden 80% van de gemeenten in Nederland hierdoor vergelijkbare problemen om hun begroting kloppend te krijgen. En het is goed te bedenken dat de directe invloed van gemeenten op deze uitgaven maar beperkt zijn door allerlei bestaande landelijke wet- en regelgeving.
Leefbaar Zeewolde heeft zich afgevraagd of een ander keuze ook mogelijk is. Aan welke knoppen kun je draaien? Je kunt bijvoorbeeld de jeugdzorg limiteren tot maximaal 2 jaar. Of de jeugdzorg limiteren tot een maximaal aantal kinderen. Of zou je kunnen korten op WMO en participatie, twee andere taakvelden in het sociaal domein. Leefbaar Zeewolde kiest hier niet voor.
De reële begroting
Tot 2021 gebruikte de gemeente geld uit eigen reserve om het tekort in het sociaal domein op te vangen. In de periode 2015-2021 is ongeveer 6 ½ miljoen bijgelegd. Dit werd toegestaan maar net als thuis wil je inkomsten en uitgaven op een goed moment in balans hebben zonder dat je steeds je spaarreserve moet aanspreken.
Vanaf 2023 komt er een andere verdeling van het gemeentefonds. Zeewolde lijkt daar nadelige gevolgen van te gaan ondervinden omdat de financiële bijdrage van het rijk minder zal worden.
Met ingang van begrotingsjaar 2022 moet er ‘reëel begroot’ worden en is bijpassen uit de eigen reserve door nieuwe regelgeving niet meer mogelijk. Vanwege de twee eerder genoemde redenen is in gezamenlijkheid met afgevaardigde raadsleden, ambtelijke ondersteuning en de wethouder financiën in de ‘werkgroep sluitende begroting’, vorig jaar voorgesteld (naast nog een aantal andere maatregelen) om de OZB en toeristenbelasting in 2021 en 2022 te verhogen om een sluitende begroting mogelijk te maken. De gemeenteraad is hiermee akkoord gegaan.
Overigens vroeg Leefbaar Zeewolde al langer om een reële begroting omdat het daarmee duidelijker zou worden dat baten en lasten niet in balans waren.
Gemeenten kunnen het financieel niet volhouden als het rijk een onvoldoende bijdrage levert. De VNG, Vereniging Nederlandse Gemeenten, voert hierover constant gesprekken met het rijk. Ter illustratie; vanaf 2015 stegen op landelijk niveau in vijf jaar tijd, de kosten voor het sociaal domein met 25%, maar de beschikbare budgetten voor de gemeenten gingen niet in dezelfde verhouding mee.
In een arbitrage zaak van de VNG tegen het kabinet is in juni jl. uitspraak gedaan dat komend jaar 1,56 miljard extra aan gemeenten moet worden toegekend ten behoeve voor de jeugdhulp.
De regering als beleidsbepaler van de rijksoverheid zou naar onze mening meer oog moeten hebben voor de financiële gevolgen/problemen bij de gemeenten als gevolg van keuzes in Den Haag. Landelijk straalt de regering uit dat de belastingen beperkt blijven, maar op gemeentelijk niveau moeten we het dan lokaal opvangen. En dat is niet onze keuze…, daartoe worden we wettelijk verplicht.
In feite is het simpel, zolang de rijksoverheid weigert om de bezuinigingen in het sociaal domein te compenseren en een reële bijdrage te leveren, moeten we lokaal meer belastingen heffen om o.a. de gezondheidszorg van onze jeugd en WMO op peil te houden.